De grote verandering

(week 26 – 2011) – Het grootste en meest overtuigende bewijs van de kracht van het evangelie is de verandering die mensen ondergaan, na door de Heilige Geest te zijn aangeraakt. Alleen de Here kan dit grote werk doen. Mensen worden geen nieuwe schepping door de schoonheid van de preken, maar door de aanwezigheid van de Heilige Geest. Een kerk, waarin mensen week in week uit komen zonder te veranderen, moet zich afvragen of de Heilige Geest wel aanwezig is. Hoe druk de samenkomsten ook bezocht worden, als mensen niet veranderen, niet opnieuw geboren worden, kunnen we niet spreken van een levende gemeente. Alleen een kerk waar mensen veranderen, opnieuw geboren worden, is groot voor de Here.
We staren ons vaak blind op het aantal mensen dat de gemeente bezoekt, zonder ons af te vragen, of zij allen wel recht staan voor de Here, of ze de Here Jezus wel oprecht dienen. De Here schept geen behagen in een kerk met alleen maar kerkgangers, maar in een kerk waar leven is, waar de mensen openstaan voor de beweging van Zijn Geest, waar mensen tot bekering komen. Wat baat het een voorganger, als hij een grote gemeente heeft met kerkgangers, die niet veranderd zijn en geen getuigenis hebben. Door een zodanige gemeente zal de Naam van de Here Jezus eerder onteerd dan verhoogd worden, terwijl de naam van de voorganger verhoogd zal worden. Maar een gemeente waar grote aantallen mensen samenkomen om de Here te zoeken, Hem oprecht te dienen, Hem te eren en te prijzen, die zal Hem verheugen. Het licht van een zodanige gemeente zal niet verborgen blijven, maar zal over de hele stad schijnen. De Here zoekt naar de vrucht van de bekering.
Het grootste wonder is en blijft de bekering en wedergeboorte van mensen. Het evangelie is daadwerkelijk een kracht van God tot behoud.
Een echte opwekking wordt niet gekenmerkt door de vele genezingen, maar door de vele mensen, die God gaan dienen en een nieuw leven gaan leiden door de kracht van het Evangelie.
Er zijn velen die, na genezing ontvangen te hebben, God niet meer denken nodig te hebben en teruggaan naar hun zondig leven. Opnieuw geboren mensen zullen echter altijd het verlangen hebben bij de Here te blijven, ongeacht de prijs die ze daarvoor moeten betalen. Het gaat bij hen niet specifiek om de zegeningen die Hij geeft, maar om wie Hij is. Zij zijn bereid Hem te blijven volgen, ook als zij ogenschijnlijk niet worden gezegend. De Here staat bij hen op de eerste plaats en al het andere is secundair. Het gaat bij hen om Jezus en Jezus alleen.
God kan mensen veranderen. Wat wij niet kunnen, kan de Heilige Geest. Meer dan ooit hebben we de tegenwoordigheid, de zalving, van Gods Geest nodig. Iedere bekering is het werk van Gods Geest. Hij alleen kan overtuigen van zonde. Door zich open te stellen, geeft de mens aan Gods Geest als het ware het groene licht om het prachtige werk van de wedergeboorte in hem of haar tot stand te brengen. En de Heilige Geest doet dit werk wat graag, omdat een veranderd mens een klap is in het gezicht van de tegenstander. Die mens is dan het eigendom van de Here Jezus, ontvangt het eeuwige leven en maakt dan aanspraak op de Geestesdoop en de vele zegeningen, waarmee wij gezegend zijn in Christus. Die wedergeboren mens zal dan niet slechts een zielenwinner zijn, maar meer nog een “discipelmaker”.
Daarom dank ik God voor de vele krachtige veranderingen, die telkens plaatsvinden in ons midden. God is aan het werk.

share