Heiligings-preken
(week 35 – 2011) – Het verwondert mij zeer te ontdekken dat sommigen Heiligings-preken niet als fijn ervaren. De mens vindt toespraken over allerhande zaken fantastisch, maar siddert als er gesproken wordt over de heiligheid van God en in het bijzonder over zijn eigen heiligheid. Is dat reëel? Moeten wij niet, naast de andere zaken, ook over dit onderwerp praten? Dit onderwerp spreekt meer dan wat dan ook over de genade van God. De zondige mens wordt door de genade van God door het bloed van Jezus gereinigd en geheiligd. Dat staat duidelijk in Hebreeën 10 vers 12,14. De mens, die de Heer heeft aangenomen, heeft Gods genade nodig om deel te kunnen hebben aan de natuur van God. In eigen kracht kan hij dat niet. Hij moet zich wel openstellen en heel bewust, met overgave, de Heer in zijn leven toelaten. Want dan kan God in zijn grote genade in ons werken en doen wat Hij, de Heer, alleen kan doen.
De mens kan namelijk zichzelf niet veranderen, hoezeer hij zijn best doet en hij tal van goede voornemens heeft. We moeten open staan voor de krachtige werking van het Evangelie, die van zondaren tot kinderen van God maakt. Hij, onze Heer, maakt van ons nieuwe scheppingen. Hij maakt ons nieuw. Wij worden door Gods genade anders, geheel anders. In 2 Corinthe 5 vers 17 staat:” zo is dan wie in Christus is, een nieuwe schepping. Het oude is voorbij gegaan en het nieuwe is gekomen.” Hij, onze God, haalt het hart van steen weg en geeft ons een hart van vlees. Is het een probleem dat kinderen Gods veranderd worden of vinden ze het beter om hun oude leven te blijven leiden en bezitten? Waarom willen sommigen geen nieuwe scheppingen worden, dat ook zichtbaar is in hun wandel? Dat staat duidelijk in het Woord van God, zie 1Petrus 1:15 “maar gelijk Hij, die u geroepen heeft, heilig is, wordt zo ook gijzelf heilig in al uw wandel.”
Moeten wij dan bedroefd zijn als er over heiliging gepraat wordt? Moeten wij niet opgelucht zijn als er ook over heiliging gepredikt wordt? Zelf denk ik dat er meer over dit onderwerp gepredikt moet worden. Gods Woord zegt: 1Thessalonicenzen 4:3 “Want dit wil God: uw heiliging…” En zie ook in 1Petrus 1:16 “er staat immers geschreven: Weest heilig, want Ik ben heilig.”
Ten slotte, heilig heeft te maken met apart gezet, afgezonderd zijn tot de dienst van God. God wil dat al Zijn kinderen een heilige status hebben en een rein leven hebben.