Eerlijkheid
De kracht van het evangelie is onder andere zichtbaar in de vernieuwing van ons denken. Door het evangelie maken we kennis met nieuwe dingen, ja, met een nieuwe levensstijl. Het oude gaat voorbij en het nieuwe komt. De dingen die we vroeger leuk vonden, trekken ons niet meer aan. Onze vrienden en kennissen zullen een duidelijke verandering in onze handel en wandel waarnemen; vooral onze integriteit zal hen moeten opvallen.
De mens buiten God zal het meest aangetrokken worden door christenen die leven naar wat ze prediken. Het is een verademing voor de wereld als ze zien dat er mensen zijn die, vanaf het moment dat ze kennismaakten met het krachtige evangelie van Jezus Christus, oprecht gingen leven. Natuurlijk zullen christenen fouten blijven maken. Een christen die geen fouten maakt, bestaat niet. De apostel Jakobus zegt: “Wij struikelen allen in VELERLEI opzicht;” (Jakobus 3:2). Het gaat echter om onze eerlijkheid. Een eerlijk mens zal, als hij fouten maakt, zijn schuld erkennen en die belijden en, voor zover mogelijk, herstellen. Een hypocriete christen zal, bij het al dan niet inzien van zijn fouten, volstaan met de Here om vergeving te vragen, zonder een gebaar van verzoening naar de ander toe te maken om de veroorzaakte schade te herstellen. Dit is een zeer goedkope handeling, die geen goedkeuring zal vinden in de hemel. Dit is zichzelf voor de gek houden en blijven zitten met de ontstane schuld. Ze zal geen vrede en rust brengen in de relatie met de persoon die onrecht is aangedaan.
Na de ontmoeting die Zacheüs met de Here Jezus had, besloot hij onmiddellijk de corrupte handelingen en de uitbuiting van de mensen te staken en daarnaast de benadeelden hun verlies vele malen te vergoeden. Die man was echt aangeraakt. Het was geen oppervlakkige aanraking die niet verder reikte dan zijn ziel, maar een aanraking die tot in het diepste van zijn geest doordrong. Oprechte christenen zullen altijd trachten de door hen veroorzaakte schade te herstellen, meestal persoonlijk, maar soms ook via een brief of telefoontje. Gods Woord zegt heel nadrukkelijk: “Belijdt daarom elkander uw zonden en bidt voor elkander, opdat gij genezing ontvangt.” (Jakobus 5:16). Ik weet niet welke uitleg u aan deze tekst geeft, maar persoonlijk denk ik dat hiermee bedoeld wordt dat we onze fouten, c.q. zonden, moeten belijden aan de persoon of personen tegen wie we gezondigd hebben. Ik denk dat hiermee geenszins wordt bedoeld dat we eenieder die het maar horen wil, moeten belasten met onze fouten en zonden. Die kunnen ons toch niet helpen. Als we ons beperken tot die mensen die we pijn gedaan hebben of met wie we samen gezondigd hebben, dan zullen we vrede in ons hart krijgen, hetgeen bevorderlijk is voor onze genezing.
Ik denk ook dat we bij laster of roddel eenieder horen te benaderen die we erbij betrokken hebben. Bijvoorbeeld, als ik met iemand over een andere persoon geroddeld heb en tot berouw kom over mijn geklets, dan ben ik verplicht om bij die persoon met wie ik geroddeld heb én bij de persoon over wie ik geroddeld heb, de zaak recht te trekken en om vergeving te vragen. Dat is de juiste weg tot bevrijding.
Het wordt tijd dat de gemeente van Christus zich erop toelegt oprecht te leven met elkaar en de eigen fouten aan alle betrokkenen te belijden. Zo wordt de weg geopend voor genezing.